Eenheidsstatuut: Het Grondwettelijk Hof vernietigt het permanente afwijkende stelsel inzake opzeggingstermijnen

Auteur: Catherine Legardien
Leestijd: 5min
Publicatiedatum: 25/09/2015 - 14:00
Laatste update: 10/05/2019 - 09:22

Het Grondwettelijk Hof heeft in een arrest van 17 september 2015 twee wetsbepalingen betreffende het eenheidsstatuut vernietigd, meer bepaald de wetsbepaling die voorziet in de toepassing van afwijkende opzeggingstermijnen voor onbepaalde duur voor sommige arbeiders die vallen onder paritaire comités (PC) nr. 124 en 124 (permanente afwijkende stelsel) en de wetsbepaling die deze arbeiders uitsluit van het recht op de ontslagcompensatievergoeding toegekend door de RVA.

De vernietiging van deze twee bepalingen zal pas van kracht worden vanaf 1 januari 2018.

Het permanente afwijkende stelsel inzake opzeggingstermijnen

Wat voorziet de wet betreffende het eenheidsstatuut?

De wet betreffende het eenheidsstatuut heeft sinds 1 januari 2014 de regels inzake de opzeggingstermijnen voor arbeiders en bedienden geharmoniseerd (gewone stelsel[1]).

De wet heeft evenwel de toepassing van de minder voordelige opzeggingstermijnen behouden voor sommige arbeiders, hetzij voor een bepaalde duur (tijdelijke afwijkende stelsel dat uiterlijk afloopt op 31 december 2017[2]), hetzij voor een onbepaalde duur (permanente afwijkende stelsel).

Het permanente afwijkende stelsel is van toepassing op de arbeiders die cumulatief aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • behoren tot een paritair comité dat op 31 december 2013 bij koninklijk besluit voorzag in specifieke opzeggingstermijnen die korter waren dan degene die (ongeveer) voorzien waren door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 75;
  • geen vaste plaats van tewerkstelling hebben,
  • gewoonlijk op tijdelijke of mobiele werkplaatsen één of meer van volgende activiteiten uitvoeren:

a)     graafwerken;

b)    grondwerken;

c)     funderings- en verstevigingswerken;

d)    waterbouwkundige werken;

e)    wegenwerken;

f)      landbouwwerken;

g)     plaatsing van nutsleidingen;

h)    bouwwerken;

i)      montage en demontage van, inzonderheid, geprefabriceerde elementen, liggers en kolommen;

j)      inrichtings- of uitrustingswerken;

k)     verbouwingswerken;

l)      vernieuwbouw;

m)   herstellingswerken;

n)    ontmantelingswerken;

o)    sloopwerken;

p)    instandhoudingswerken;

q)    onderhouds-, schilder- en reinigingswerken;

r)     saneringswerken;

s)     afwerkingswerkzaamheden behorende bij één of meer van de hierboven vermelde werken.

Concreet is de permanente toepassing van de afwijkende opzeggingstermijnen van toepassing op sommige arbeiders van paritaire comités (PC) nr. 124 (bouwsector) en 126 (sector van stoffering en houtbewerking).

Wat zegt het Grondwettelijk Hof?

Het Grondwettelijk Hof oordeelde dat de toepassing van de afwijkende opzeggingstermijnen op sommige werknemers zonder beperking in de tijd discriminerend is en heeft de bepaling betreffende het permanente afwijkende stelsel inzake opzeggingstermijnen vernietigd.

Deze vernietiging zal echter pas van kracht worden vanaf 1 januari 2018.

Gevolg

De afwijkende opzeggingstermijnen (voorzien in het kader van het permanente stelsel) zullen nog van toepassing zijn tot 31 december 2017. Na deze datum zal het gewone stelsel inzake opzeggingstermijnen van toepassing zijn.

De ontslagcompensatievergoeding

Wat zegt de wet betreffende het eenheidsstatuut?

Voor eenzelfde anciënniteit kan er een groot verschil zijn in de opzeggingstermijn voor arbeiders waarvan de uitvoering van de overeenkomst aanving vóór 1 januari 2014 (toepassing van het kliksysteem) en die voor arbeiders waarvan de uitvoering van de overeenkomst aanving vanaf 1 januari 2014 (toepassing van de nieuwe opzeggingstermijnen).

Om dit verschil te compenseren, zullen de arbeiders waarvan de uitvoering van de overeenkomst aanving vóór 1 januari 2014 bovenop hun opzegging of hun vergoeding berekend op basis van het kliksysteem onder bepaalde voorwaarden recht hebben op een 'compensatie' waardoor ze dezelfde 'bescherming' genieten als de werknemers waarvan de uitvoering van de overeenkomst aanving vanaf 1 januari 2014.

De RVA kent die compensatie toe onder de vorm van een ontslagcompensatievergoeding.

De arbeiders waarop het (tijdelijke of permanente) afwijkende stelsel inzake opzeggingstermijnen van toepassing is zijn evenwel uitgesloten van het recht op deze ontslagcompensatievergoeding

Wat zegt het Grondwettelijk Hof?

Het Grondwettelijk Hof heeft de bepaling waardoor de arbeiders waarop het afwijkende stelsel inzake opzeggingstermijnen van toepassing is, (tijdelijk of permanent) uitgesloten worden van het recht op de ontslagcompensatievergoeding vernietigd.

Net zoals voor het permanente afwijkende stelsel inzake opzeggingstermijnen, zal deze vernietiging echter pas van kracht worden op 1 januari 2018.

Gevolg

De arbeiders die ontslagen werden met een afwijkende opzeggingstermijn (in toepassing van het tijdelijke of permanente stelsel) zullen tot 31 december 2017 uitgesloten blijven van de ontslagcompensatievergoeding ten laste van de RVA. Na deze datum zullen alle ontslagen arbeiders het gewone stelsel inzake opzeggingstermijnen genieten. Voor zover ze aan bepaalde voorwaarden voldoen, kunnen ze ook allemaal aanspraak maken op de ontslagcompensatievergoeding.

Bron: arrest nr. 116/2015 van 17 september 2015 van het Grondwettelijk Hof.

[1]Onder gewone stelsel wordt verstaan:

  • voor de werknemers waarvan de uitvoering van de overeenkomst aanving vóór 1 januari 2014: toepassing van het kliksysteem;
  • voor de werknemers waarvan de uitvoering van de overeenkomst aanving vanaf 1 januari 2014: toepassing van identieke opzeggingstermijnen voor arbeiders en bedienden.

[2]Oorspronkelijk waren er 12 paritaire comités (PC's) waarvoor de tijdelijke toepassing inzake opzeggingstermijnen gold (tot 31 december 2017). Dit waren PC nr. 109, 124, 126, 128.01, 128.02, 140.04, 142.02, 147, 301.01, 324, 330.03 en 311.Sommige van deze PC's hebben sindsdien evenwel een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten om te anticiperen op de overgang naar het gewone stelsel zoals de wet betreffende het eenheidsstatuut toelaat.Momenteel hebben 8 paritaire comités geanticipeerd op de overgang naar het gewone stelsel. Dit zijn:

  • PC nr. 109 (vanaf 1 oktober 2014);
  • PC nr. 128.01 (vanaf 1 december 2014);
  • PC nr. 128.02 (vanaf 1 december 2014);
  • PC nr. 140.04 (vanaf 22 mei 2014);
  • PC nr. 142.02 (vanaf 29 april 2014);
  • PC nr. 147 (vanaf 15 augustus 2014 ingevolge de opheffing van het PC nr. 147 op die datum; de werkgevers en werknemers die vallen onder het ex-PC nr. 147 vallen momenteel onder PC nr. 111);
  • PC nr. 311 (vanaf woensdag 21 mei 2014);
  • PC nr. 330.03 (vanaf 1 januari 2015).

Het tijdelijke afwijkende stelsel is bijgevolg nog steeds van toepassing op de arbeiders van PC nr. 124, 126, 301.01 en 324.

Auteur: Catherine Legardien

25/09/2015

De website van Partena Professional is een kanaal om informatie in een begrijpelijke vorm ter beschikking te stellen aan aangesloten leden en niet-leden. Partena Professional streeft er naar actuele informatie aan te bieden en deze informatie wordt met de grootste zorg samengesteld (onder andere in de vorm van Infoflashes). Maar aangezien de sociale en fiscale wetgeving voortdurend in beweging is, kan Partena Professional geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden inzake de juistheid, het up-to-date zijn of de volledigheid van de informatie die via deze website werd geraadpleegd of uitgewisseld. Verdere bepalingen kunnen worden nagelezen in onze algemene disclaimer die van toepassing is bij elke raadpleging van deze website. Door deze website te raadplegen, aanvaardt u uitdrukkelijk de bepalingen van deze disclaimer. Partena Professional kan de inhoud van deze disclaimer eenzijdig wijzigen.