Langdurig en middellang ziekteverzuim nemen toe

Auteur: Partena Professional (HR Service Provider)
Leestijd: 4min
Publicatiedatum: 26/02/2024 - 10:31
Laatste update: 26/02/2024 - 10:36

Brussel, 22 februari 2024 - Het aandeel gewerkte uren in verhouding tot het totale aantal werkbare uren voor 2023 bedraagt, volgens de laatste gegevens van Partena Professional, 72,81%. Ondanks een gestage stijging sinds 2020 is dit percentage nog niet terug op het niveau van voor de coronapandemie. Brussel heeft het hoogste percentage gewerkte uren, vóór Vlaanderen en Wallonië. Kort ziekteverzuim neemt af, in tegenstelling tot langdurig ziekteverzuim en ziekteverzuim dat onder het gewaarborgd loon (over het algemeen 30 dagen) valt. 

Toename in gewerkte uren 

Het aandeel van het aantal gewerkte uren in verhouding tot het totale aantal werkbare uren is sinds 2020 blijven stijgen. Het ligt echter nog steeds onder het niveau van voor de coronacrisis. Het bedroeg 75,15% en 74,77% in respectievelijk 2018 en 2019. Na een daling tot 66,68% in 2020 is het percentage geleidelijk gestegen, zonder echter terug te keren naar het oorspronkelijke niveau. In 2021 bedroeg het percentage 70,59%, waarna het in 2022 72,45% en in 2023 72,81% bereikte. 

Langdurig en middellang ziekteverzuim nemen toe 

Kort ziekteverzuim neemt af en bedraagt 2,48% van het totale aantal werkuren in 2023 vergeleken met 2,66% in 2022. Toch blijft dit verzuim op een hoger niveau dan in de periode 2018-2021. 

Ziekteverzuim gedekt door het gewaarborgd loon (betaald door de werkgever) stabiliseert op 0,24%, maar steeg tussen 2020 en 2022.  

Ziekteverzuim gedekt door het gewaarborgd loon (betaald door de werkgever) stabiliseert op 0,24%, maar steeg tussen 2020 en 2022.  

Langdurig ziekteverzuim blijft stijgen. Van slechts 5,71% in 2020 steeg het tot 7,17% in 2023.  Meer vrouwen (9,38%) dan mannen (5,44%) zijn langdurig ziek.  

Een andere observatie: naarmate de omvang van de organisatie toeneemt, neemt ook het ziekteverzuim toe. Terwijl bedrijven met minder dan 100 werknemers minder dan 6,5% niet-gewerkte uren optekenen als gevolg van langdurig ziekteverzuim, is dat bij grotere organisaties een percentage boven deze benchmark. 

"De toename van het aantal gewerkte uren sinds het begin van de pandemie is bemoedigend, maar ziektegerelateerde afwezigheden, vooral langdurig ziekteverzuim, belemmeren een volledige terugkeer naar het normale ritme. Bedrijven moeten de oorzaken van deze afwezigheden begrijpen en maatregelen nemen om de gezondheid van hun werknemers te ondersteunen om een duurzame productiviteit te behouden", legt Wim Demey, Customer Intelligence Manager bij Partena Professional, uit. 

Een langzamere terugkeer naar normaal in Wallonië 

In Wallonië bedraagt voor 2023 het percentage gewerkte uren 70,66%, een stijging ten opzichte van 2020, zonder echter het percentage van voor de pandemie te bereiken. Dit resultaat kan gedeeltelijk worden verklaard door de specifieke economische structuur van de regio. Het zuiden van het land ziet ook een stijging van het langdurig ziekteverzuim tot 8,70% in 2023, tegenover 6,82% in 2018, 7,47% in 2020 en 8,24% in 2022. Het korte ziekteverzuim in Wallonië daalde tussen 2022 (2,82%) en 2023 (2,65%), terwijl het ziekteverzuim dat onder het gewaarborgd loon valt stabiel bleef. Het korte ziekteverzuim bedroeg achtereenvolgens 0,30% in 2021, 0,31% in 2022 en 0,32% in 2023.  

Bij de werknemers in Vlaanderen bedraagt het percentage gewerkte uren 73,72% in 2023 en volgt het de algemene trend dat er een toename is van het langdurig ziekteverzuim. Dat evolueerde naar 6,27% van de totale werktijd in 2023 tegenover 4,80% in 2018, 5,18% in 2020 en 5,70% in 2022. Het korte ziekteverzuim daalde in 2023 tot 2,42% (tegenover 2,61% in 2022), terwijl het ziekteverzuim dat onder het gewaarborgd loon valt stabiel bleef (0,27% voor 2021, 2022 en 2023).  

De situatie valt op in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waar het percentage gewerkte uren het hoogst is: 74,47%. Net als de andere regio's van het land heeft ook Brussel te maken met een toename met 6,63% van het langdurige ziekteverzuim. Het korte ziekteverzuim daalt van 2,37% in 2023 tegenover 2,56% vorig jaar. Ziekteverzuim gedekt door het gewaarborgd loon volgt dezelfde trend en daalt van 0,13% in 2022 tot 0,11% in 2023. 

De publieke sector lijkt het zwaarst getroffen  

Uit de analyse van de gegevens blijkt tevens een grote ongelijkheid tussen sectoren. Drie sectoren vallen op door hun hoge percentage gewerkte uren: huishoudelijke diensten (82,01%), gemeenschapsvoorzieningen en sociaal-culturele en persoonlijke diensten (78,13%) en extraterritoriale organisaties (78,07%) in 2023.   

De zwaarst getroffen sectoren zijn de overheid (63,97%), winningsindustrieën (65,42%) en de sector van de gezondheidszorg en maatschappelijk werk (66,76%). Zij tekenen in 2023 het hoogste niveau op van langdurig ziekteverzuim: 10,31% voor de publieke sector, 9,27% voor de winningsindustrieën en 10,87% voor de sector gezondheidszorg en maatschappelijk werk. 

Deze cijfers zijn het resultaat van een steekproef bij werkgevers en 182.000 werknemers van Partena Professional. Ze zijn gebaseerd op het aantal gewerkte en niet-gewerkte uren van werknemers, onder voorbehoud van aangifte door de werkgever. Gegevens met betrekking tot leerlingen, studenten en vervroegd gepensioneerden werden niet meegenomen in deze analyse.  

Gerelateerde artikels