RSZ: vakantiegeld in 2023 voor tijdelijke werkloosheid in 2022: compensatie voor werkgevers van bedienden

Auteur: Anne Ghysels (Legal Expert)
Leestijd: 5min
Publicatiedatum: 08/06/2023 - 08:20
Laatste update: 08/06/2023 - 08:23

De compensatie voor het vakantiegeld voor bedienden die tijdelijk werkloos werden gesteld wegens overmacht crisis in het 1e semester 2022 wordt binnenkort berekend door de RSZ en zal in mindering komen van de bijdragen van het 3e kwartaal 2023.

Achtergrond

Voor de periode van 1 januari 2022 tot 30 juni 2022 werd tijdelijke werkloosheid ‘Corona’ opnieuw gelijkgesteld voor de berekening van de jaarlijkse vakantie. Tijdelijke werkloosheid ‘Overstromingen in de zomer van 2021’ en ingevolge het conflict in Oekraïne worden ook gelijkgesteld voor deze periode.

Daarom verstaan we hieronder onder ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’:

  • De periodes van tijdelijke werkloosheid ‘Corona’;
  • De periodes van tijdelijke werkloosheid ‘Overstromingen in de zomer van 2021’;
  • De periodes van tijdelijke werkloosheid ‘Oekraïne’

voor de periode van 1 januari 2022 tot 30 juni 2022.

De regering heeft aangekondigd dat afwezigheid ingevolge werkloosheid ‘wegens overmacht crisis’ in het 1e semester van 2022, net zoals effectieve prestaties, recht geeft op jaarlijkse vakantie in 2023 en op het daarbij horend enkel en dubbel vakantiegeld. Voorlopig is het nog wachten op publicatie van de wettekst in het Belgisch Staatsblad (zie onze Infoflash van 6 maart 2023).

Voor arbeiders dragen de werkgevers sowieso niet de kost voor de gelijkstelling. De bijdrage voor de sector jaarlijkse vakantie (15,84%) wordt namelijk alleen berekend op de effectieve lonen van hun arbeiders. Het is de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie die (via een toelage) de gelijkstelling financiert.

Voor bedienden is de situatie anders: hier betaalt de individuele werkgever het enkel en dubbel vakantiegeld op het (fictief) loon voor de gelijkgestelde dagen. Voor hen is het hierna besproken compensatiemechanisme bedoeld. Deze compensatie dient om de kost te verminderen voor de gelijkstelling van periodes van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis van 1 januari 2022 tot 30 juni 2022. 

De compensatie wordt berekend via een formule die vergelijkbaar is met die voor 2021 en 2022, maar op basis van een kleiner budget.

Voor de compensatie vakantiegeld 2023 stelt de overheid een gesloten budget ter beschikking van € 12.417.863. De compensatie wordt dus niet berekend op basis van de werkelijke kost van elke individuele werkgever, want dan zou het budget niet gerespecteerd worden.

Opgelet: De wettekst die voorziet in dit compensatiemechanisme is op dit ogenblik nog niet verschenen in het Belgisch Staatsblad. Wijzigingen zijn dus mogelijk.

Berekening per werkgever in detail

Alleen werkgevers die een gemiddeld percentage werkloosheid wegens overmacht crisis van 41% of meer hebben, hebben recht op deze compensatie.

Stap 1 = Het gemiddelde percentage werkloosheid wegens overmacht crisis in het 1e en 2e kwartaal 2022 bepalen

De berekening begint op het laagste niveau, per kwartaal en per individuele bediende op basis van een prestatiebreuk ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’ (Corona, Overstromingen en/of Oekraïne): dagen tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis / (13 x contractueel aantal werkdagen per week).

Tijdelijke werkloosheid ‘wegens overmacht crisis’ wordt geïdentificeerd op basis van prestatiecode 77 in de DmfA.

De prestatiebreuk voor ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’ volgt de principes van de prestatiebreuk (µ) structurele vermindering, d.w.z. dat:

  • er met uren wordt gewerkt voor bedienden die ook in uren worden aangegeven (bv. deeltijders);
  • er desgevallend een globale prestatiebreuk ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’ wordt bepaald op basis van partiele prestatiebreuken ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’ per tewerkstellingslijn.

Het gemiddelde van de individuele prestatiebreuken ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’ van alle bedienden, berekend over het 1e en 2e kwartaal 2022, geeft het gemiddelde percentage ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’ dat voor de betrokken werkgever overgaat naar stap 2 hierna.

Voorbeeld

Werkgever X heeft in het 1e kwartaal 2022 10 voltijdse bedienden in dienst in de 5-dagenweek. 5 daarvan hebben 30 dagen werkloosheid ‘Corona’ en 5 anderen hebben 40 dagen werkloosheid ‘Oekraïne’ (prestatiecode 77 DmfA).

5 x (30/65) + 5 x (40/65) = 5,40

Om het simpel te houden nemen we aan dat de situatie in het 2e kwartaal dezelfde uitkomst heeft – het 1e en 2e kwartaal hebben dus elk een totale prestatiebreuk ’tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis’ van 5,40 voor telkens 10 bedienden.

Gemiddelde over de twee kwartalen: 5,40/10 = 0,540 = 54%

De werkgever heeft recht op compensatie omdat dit percentage (54%) hoger ligt dan 41%.

Stap 2 = het compensatiepercentage bepalen

In tegenstelling tot in 2021 en 2022 is er maar één compensatiepercentage. Het werd vastgesteld op 100%.

Stap 3 = de compensatie in € berekenen

Het budget van € 12.417.863 is de vertrekbasis. Een individuele werkgever heeft daarin een aandeel, in verhouding tot het aandeel van zijn tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis in de globale tijdelijke werkloosheid wegens overmacht crisis van het 1e semester 2022.

De volgende formule wordt gebruikt voor deze weging: E x (A/T)

E = het budget van € 12.417.863

A = het aandeel in het budget van de individuele werkgever: per werkgever, het resultaat van het compensatiepercentage (uniek percentage van 100% indien de werkgever recht heeft op compensatie) vermenigvuldigd met de som van de globale prestatiebreuken (resultaat van stap 1) samengeteld voor het 1e en 2e kwartaal 2022.

T = de aandelen van alle werkgevers samen: de som van alle resultaten A van alle werkgevers

Vervolg voorbeeld

We gaan verder met gegevens van werkgever X.

Compensatiepercentage = 100%

A = (5,40 x 2 kwartalen) x 100% = 10,80

Stel dat de som van factor A voor alle werkgevers samen = 700.000

Compensatie in € voor werkgever X: € 12.417.863 x 10,80/700 000 = € 191,59

Praktisch

De RSZ berekent de compensatie automatisch op basis van de DmfA voor het 1e en 2e kwartaal 2022. De werkgever hoeft geen aanvraag te doen.

Het resultaat wordt in mindering gebracht van de bijdragen die de werkgever verschuldigd is voor het 3e kwartaal 2023. Ongebruikt krediet wordt overgedragen naar volgende kwartalen voor zover er voldoende bijdragen zijn.

Eind juni 2022 ontvangt elke betrokken werkgever een bericht in de e-box met het detail van de compensatie.

 

Bron:  Ontwerp van programmawet Doc 55 3372/001

De website van Partena Professional is een kanaal om informatie in een begrijpelijke vorm ter beschikking te stellen aan aangesloten leden en niet-leden. Partena Professional streeft er naar actuele informatie aan te bieden en deze informatie wordt met de grootste zorg samengesteld (onder andere in de vorm van Infoflashes). Maar aangezien de sociale en fiscale wetgeving voortdurend in beweging is, kan Partena Professional geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden inzake de juistheid, het up-to-date zijn of de volledigheid van de informatie die via deze website werd geraadpleegd of uitgewisseld. Verdere bepalingen kunnen worden nagelezen in onze algemene disclaimer die van toepassing is bij elke raadpleging van deze website. Door deze website te raadplegen, aanvaardt u uitdrukkelijk de bepalingen van deze disclaimer. Partena Professional kan de inhoud van deze disclaimer eenzijdig wijzigen.