Ontdek alles wat je moet weten voor een succesvolle start als ondernemer.
Verhoog je slaagkansen met de hulp van onze experts.
Onze experts geven je de antwoorden die je zoekt.
Wijzig je bedrijfsgegevens via ons digitaal ondernemingsloket.
Ontdek onze handige tool voor je sociale zekerheidsdossier.
Bereken wanneer je ten vroegste op pensioen kan gaan en hoeveel pensioen je zal krijgen.
Ontdek hoe je met succes je eerste werknemer kan aanwerven.
De gids boordevol informatie. Ontdek prakische tips en advies om je allereerste werknemer aan te nemen.
Geniet de ondersteuning van ons sociaal secretariaat.
Profiteer van de expertise en kennis van Partena Professional.
Ontdek hoe Partena Professional accountants helpt.
Werkgevers die investeringen verrichten in zogenaamde steunzones zullen binnenkort kunnen genieten van een verlaging van de loonkost in de vorm van een vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing. De vrijstelling geldt enkel voor de werknemers die ten gevolge van de investeringen worden aangeworven. De steunzones worden door de gewesten vastgelegd.
In een vorige infoflash gaven we een aantal verduidelijkingen bij het begrip ‘steunzone’. De voorwaarden voor de toepassing van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing worden in deze infoflash behandeld.
Werkgevers van de privé-sector die een investering verrichten in een inrichting gelegen in een steunzone worden tijdelijk vrijgesteld om 25 % van de bedrijfsvoorheffing door te storten aan de Schatkist. Deze vrijstelling geldt enkel voor de bedrijfsvoorheffing die wordt berekend op bezoldigingen uitbetaald naar aanleiding van nieuwe arbeidsplaatsen die werden gecreëerd door de investering.
De werkgevers die kunnen genieten van de vrijstelling worden opgedeeld in twee categorieën: enerzijds de werkgevers behorend tot de kmo-sector en anderzijds de werkgevers die er niet toe behoren (grote ondernemingen). De werkgevers van de kmo-sector genieten van meer gunstige voorwaarden voor de toepassing van de vrijstelling.
De werkgevers moeten beantwoorden aan de definitie van kmo zoals die in de wet is omschreven. Het gaat om werkgevers die voor het laatst of het voorlaatst afgesloten belastbaar tijdperk EN gedurende ten minste twee opeenvolgende belastbare tijdperken een jaargemiddelde van het personeelsbestand in dienst hebben van minder dan 250 personen en waarvan:
Deze kmo-definitie wijkt dus af van de definitie die is vastgelegd in artikel 15, § 1 van het Wetboek van vennootschappen.
Voor verbonden en geassocieerde vennootschappen in de zin van de vennootschapswetgeving zijn bijzondere regels van toepassing voor de beoordeling van de bovenstaande criteria.
Werkgevers met indirect of direct zeggenschap van overheidsinstanties of openbare lichamen kunnen slechts genieten van de vrijstelling indien de controle over het kapitaal of de stemrechten van die instanties of lichamen minder dan 25 % bedraagt.
De vrijstelling kan niet worden toegepast door een werkgever:
De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting geldt enkel voor de bedrijfsvoorheffing die wordt berekend op bezoldigingen uitbetaald naar aanleiding van nieuwe arbeidsplaatsen die werden gecreëerd door een investering.
De investering komt slechts in aanmerking in zoverre voor de investering een gewestelijke steun is verleend.
Het moet gaan om een investering in materiële of immateriële vaste activa die verband houdt met:
De investering kan ook betrekking hebben op een overname van materiële of immateriële vaste activa van een inrichting:
De overgenomen inrichting mag niet verbonden of geassocieerd zijn met de werkgever die de investering verricht.
Investeringen die kaderen in de uitoefening van een activiteit in bepaalde sectoren worden uitdrukkelijk uitgesloten. Het gaat hierbij onder meer over investeringen in de:
Voordat de werkgever de vrijstelling van doorstorting kan toepassen, moet hij, uiterlijk bij de aanvang van de investering, een formulier overleggen waarin de nodige gegevens met betrekking tot de opzet en financiering van de investering, de verwachte voltooiing van de investering en het aantal verwachte bijkomende banen wordt uiteengezet. Het formulier moet nog bij koninklijk besluit worden vastgelegd.
De vrijstelling van doorstorting wordt niet toegestaan indien de periode tussen de indiening van het formulier en de verwachte voltooiing van de investering met meer dan de helft overschreden wordt, of indien niet wordt aangetoond dat de nieuwe gecreëerde arbeidsplaatsten betrekking hebben op de investering.
De bezoldigingen waarop de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing wordt toegepast, moeten betrekking hebben op de hierboven vermelde investering. Enkel een nieuwe arbeidsplaats die wordt gecreëerd ten gevolge van de investering die wordt ingevuld binnen de termijn van 36 maanden na voltooiing van de investering, komt in aanmerking voor deze maatregel.
Een arbeidsplaats is ‘nieuw’ indien deze in de betrokken vestiging het totaal aantal werknemers doet verhogen ten opzichte van het gemiddelde aantal werknemers over de twaalf maanden voorafgaand aan de voltooiing van de investering, vermeerderd met de andere door de investering reeds gecreëerde nieuwe arbeidsplaatsen.
Bij een overname van materiële of immateriële vaste activa (zoals hierboven omschreven) worden alle arbeidsplaatsen als nieuw beschouwd.
Uitsluitend de bezoldigingen die ten gevolge van de invulling van deze nieuwe arbeidsplaats binnen de twee jaar vanaf het ogenblik van de invulling worden uitbetaald, komen in aanmerking voor deze maatregel.
Om de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing te verkrijgen, moet de schuldenaar het bewijs leveren dat wordt voldaan aan de voorwaarden en dit bewijs ter beschikking houden van de FOD Financiën. Een koninklijk besluit zal de nadere regels voor het leveren van het bewijs bepalen.
De vrijstelling van doorstorting wordt definitief toegestaan nadat de werkgever in een bijlage aan zijn aangifte in de inkomstenbelasting die betrekking heeft op het derde aanslagjaar volgend op het aanslagjaar verbonden aan het belastbaar tijdperk binnen hetwelk de door de investering gecreëerde nieuwe arbeidsplaats is ingevuld, aantoont dat deze tewerkstelling ten minste gedurende drie jaar behouden is gebleven. Het model van deze bijlage wordt door de minister van Financiën vastgesteld.
De vrijstelling van doorstorting is per werkgever en binnen een periode van 36 maanden beperkt tot een maximum van 7,5 miljoen euro.
Deze vrijstelling kan niet worden toegepast op de belastbare bezoldigingen van werknemers waarvoor reeds één (of verschillende) van de volgende vrijstellingen van doorstorting van bedrijfsvoorheffing wordt toegepast:
Een cumulatie met de vrijstelling van doorstorting bedrijsvoorheffing voor nacht- en ploegenarbeid en de structurele vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing (IPA-korting) is dus wel toegestaan.
Werkgevers die niet voldoen aan de hierboven vermelde criteria van kmo (grote ondernemingen) genieten ook van een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing. De regels die van toepassing zijn op deze werkgevers zijn grotendeels dezelfde dan deze die van toepassing zijn voor de kmo-sector. Op een aantal punten zijn de regels echter strenger:
Net zoals bij kmo’s is vereist dat voor de investering een gewestelijke steun is verleend en kan de investering betrekking hebben op een overname van materiële of immateriële vaste activa.
Wanneer de investering betrekking heeft op materiële of immateriële vaste activa mag de investering daarentegen enkel verband houden met:
De vrijstelling van doorstorting wordt definitief toegestaan nadat de werkgever aantoont dat de nieuwe arbeidsplaatsen gecreëerd door de investering ten minste gedurende vijf jaar (in plaats van drie jaar) behouden zijn gebleven. Dit bewijs moet de werkgever leveren in zijn aangifte in de inkomstenbelasting van het vijfde aanslagjaar volgend op het aanslagjaar verbonden aan het belastbaar tijdperk binnen hetwelk deze nieuwe arbeidsplaats is ingevuld.
De vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing wordt enkel toegekend aan werkgevers die een investering verrichten in een inrichting gelegen in een steunzone die is opgenomen in groep A. Groep A zijn de (delen van) steunzones die binnen de steungebieden vallen die zijn opgenomen in de regionale steunkaart (voor meer uitleg over de onderverdeling van de steunzones: zie Infoflash (1)).
Op datum van publicatie van deze infoflash is er nog geen koninklijk besluit verschenen dat de steunzones van de verschillende gewesten vastlegt.
Bron: Wet van 15 mei 2014 houdende uitoering van het pact voor competitiviteit, werkgelegenheid en relance (1), B.S. 22 mei 2014; Koninklijk besluit van 13 juni 2014 tot uitvoering van artikel 16 van de wet van 15 mei 2014 houdende uitvoering van het pact voor competitiviteit, werkgelegenheid en relance en van artikelen 275/8 en 275/9 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (1), B.S. 26 juni 2014.
Auteur: Peggy Criel
18/07/2014
De website van Partena Professional is een kanaal om informatie in een begrijpelijke vorm ter beschikking te stellen aan aangesloten leden en niet-leden. Partena Professional streeft er naar actuele informatie aan te bieden en deze informatie wordt met de grootste zorg samengesteld (onder andere in de vorm van Infoflashes). Maar aangezien de sociale en fiscale wetgeving voortdurend in beweging is, kan Partena Professional geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden inzake de juistheid, het up-to-date zijn of de volledigheid van de informatie die via deze website werd geraadpleegd of uitgewisseld. Verdere bepalingen kunnen worden nagelezen in onze algemene disclaimer die van toepassing is bij elke raadpleging van deze website. Door deze website te raadplegen, aanvaardt u uitdrukkelijk de bepalingen van deze disclaimer. Partena Professional kan de inhoud van deze disclaimer eenzijdig wijzigen.