Nieuw in 2019: het pleegouderverlof is in werking getreden

Auteur: Catherine Legardien
Leestijd: 6min
Publicatiedatum: 08/02/2019 - 11:57
Laatste update: 17/07/2019 - 17:28

De wet van 21 december 2018 betreffende diverse sociale bepalingen wijzigt en verduidelijkt de onlangs ingevoerde regels inzake het pleegouderverlof.

Vergeet niet: de wet van 6 september 2018 tot wijziging van de reglementering ter versterking van het adoptieverlof en de invoering van pleegouderverlof voert pleegouderverlof in voor werknemers die zijn aangewezen als pleegouders in het kader van de langdurige pleegzorg (zie onze Infoflash van 8 oktober 2018).

Helaas was deze wet een bron van verwarring en juridische onzekerheid, en daarom was het van essentieel belang om deze te verduidelijken. Dat is ondertussen gebeurd.

De hieronder beschreven regels, die grotendeels gebaseerd zijn op de regels die van toepassing zijn op adoptieverlof, zijn van toepassing op het pleegouderverlof waarvoor de aanvraag bij de werkgever wordt ingediend vanaf 1 januari 2019 en voor zover het verlof ten vroegste aanvangt vanaf 1 januari 2019.

PRINCIPES

De werknemer die is aangesteld als pleegouder en die een minderjarig kind in zijn gezin onthaalt in het kader van een langdurige pleegzorg, heeft het recht afwezig te blijven van het werk om de zorg voor dit kind op zich te nemen.

Het recht wordt toegekend aan de werknemers die zijn aangeduid als ‘pleegouders’ door:

  • de rechtbank;
  • een door de gemeenschap erkende dienst voor pleegzorg;
  • de diensten van ‘l’Aide à la Jeunesse’;
  • het Comité Bijzondere Jeugdbijstand.

Onder ‘langdurige pleegzorg’ verstaan we pleegzorg waarvan bij aanvang duidelijk is dat het kind voor minstens 6 maanden in hetzelfde pleeggezin bij dezelfde pleegouders zal verblijven

Een koninklijk besluit kan de begrippen onthaal en langdurige pleegzorg verder verduidelijken.

DUUR VAN HET PLEEGOUDERVERLOF

Een werknemer die in het kader van langdurige pleegzorg een minderjarig kind in zijn of haar gezin opneemt, heeft om voor het kind te zorgen, recht op een ononderbroken periode van maximaal 6 weken ouderschapsverlof

We verduidelijken dat de werknemer het pleegouderverlof slechts één keer kan uitoefenen voor eenzelfde kind, zelfs wanneer dit kind het voorwerp uitmaakt van verschillende plaatsingen in het kader van langdurige pleegzorg binnen het gezin van de werknemer.

De maximumduur van het pleegouderverlof wordt verdubbeld (12 weken) wanneer het minderjarige kind getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van ten minste 66 % of een aandoening heeft die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler 1 van de medisch-sociale schaal of dat ten minste 9 punten toegekend worden in de drie pijlers samen van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag.

De maximale duur van het pleegouderverlof wordt bovendien verlengd met twee weken per pleegouder in geval van gelijktijdige adoptie van meerdere minderjarige kinderen.

Ten slotte is een geleidelijke verlenging van de looptijd gepland. Pleegouderverlof van 6 weken per ouder wordt voor de pleegouder of voor beide pleegouders samen op de volgende manier verlengd:

  • met 1 week vanaf 1 januari 2019;
  • met 2 weken vanaf 1 januari 2021;
  • met 3 weken vanaf 1 januari 2023;
  • met 4 weken vanaf 1 januari 2025;
  • met 5 weken vanaf 1 januari 2027.

Een koninklijk besluit kan een vroegere datum van inwerkingtreding bepalen voor het recht op de 2, 3, 4 en 5 bijkomende weken.

Opgelet! De werknemer kan de geleidelijke verlenging van de duur van het pleegouderverlof enkel genieten onder de dubbele voorwaarde dat zijn verlofaanvraag ten vroegste wordt ingediend vanaf de inwerkingtreding van de betreffende verlengingsperiode en dat het verlof ten vroegste aanvangt vanaf diezelfde datum van inwerkingtreding.

Indien het pleeggezin bestaat uit 2 personen, die beiden zijn aangesteld als pleegouder van het kind, worden de bijkomende weken onderling tussen hen verdeeld.

WIJZE VAN UITOEFENING VAN HET RECHT OP VERLOF

Het pleegouderverlof moet aanvangen binnen de 12 maanden die volgen op de inschrijving van het kind als deel uitmakend van het gezin van de werknemer in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar hij zijn verblijfplaats heeft

Een koninklijk besluit kan een ander aanknopingspunt bepalen voor de aanvang van de termijn van 12 maanden.

De periode van het pleegouderverlof moet anderzijds aaneensluitend worden genomen. De werknemer is evenwel niet verplicht om het volledige verlof op te nemen. In dit geval moet het verlof echter minstens een week of een veelvoud van een week duren.

DE AANVRAAGPROCEDURE

De werknemer die gebruik wenst te maken van het recht op pleegouderverlof dient zijn werkgever ten minste één maand vóór de opname van het verlof hiervan schriftelijk op de hoogte te brengen ofwel door middel van een aangetekend schrijven ofwel door overhandiging van een geschrift, waarvan het duplicaat voor ontvangst wordt ondertekend door de werkgever. De verwittigingstermijn van een maand kan in overeenstemming tussen de werkgever en de werknemer worden ingekort. De kennisgeving dient de begin- en einddatum van het pleegouderverlof te vermelden.

Uiterlijk op het ogenblik waarop het pleegouderverlof ingaat, moet de werknemer aan de werkgever de documenten verstrekken ter staving van zijn recht op pleegouderverlof (met name het attest van inschrijving van het kind in het bevolkingsregister).

BETALING VAN EEN VERGOEDING

Tijdens het pleegouderverlof geniet de werknemer een vergoeding ten laste van zijn ziekenfonds waarvan het bedrag nog bij koninklijk besluit dient vastgesteld te worden.

Een koninklijk besluit kan ook bepalen dat de werknemer voor een gedeelte van het pleegouderverlof zijn recht op loon blijft behouden ten laste van de werkgever.

ONTSLAGBESCHERMING

De werknemer die pleegouderverlof neemt, geniet een ontslagbescherming. De werkgever mag tijdens de beschermingsperiode namelijk geen enkele daad stellen die een einde zou stellen aan de arbeidsovereenkomst behalve om redenen die vreemd zijn aan het nemen van het verlof (bv. economische redenen, dringende reden).

De beschermingsperiode begint twee maanden vóór de aanvang van het pleegouderverlof en eindigt één maand na het einde ervan.

In geval van onregelmatige beëindiging van de overeenkomst zal de werkgever een beschermingsvergoeding verschuldigd zijn die gelijk is aan drie maanden loon, onverminderd de vergoedingen verschuldigd aan de werknemer in geval van eenzijdige beëindiging van de arbeidsovereenkomst.

Deze beschermingsvergoeding kan echter niet gecumuleerd worden met om het even welke andere vergoeding voorzien in het kader van een bijzondere ontslagbescherming.

Bron: wet houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken van 21 december 2018, B.S. 17 januari 2019.

De website van Partena Professional is een kanaal om informatie in een begrijpelijke vorm ter beschikking te stellen aan aangesloten leden en niet-leden. Partena Professional streeft er naar actuele informatie aan te bieden en deze informatie wordt met de grootste zorg samengesteld (onder andere in de vorm van Infoflashes). Maar aangezien de sociale en fiscale wetgeving voortdurend in beweging is, kan Partena Professional geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden inzake de juistheid, het up-to-date zijn of de volledigheid van de informatie die via deze website werd geraadpleegd of uitgewisseld. Verdere bepalingen kunnen worden nagelezen in onze algemene disclaimer die van toepassing is bij elke raadpleging van deze website. Door deze website te raadplegen, aanvaardt u uitdrukkelijk de bepalingen van deze disclaimer. Partena Professional kan de inhoud van deze disclaimer eenzijdig wijzigen.